Wil je je bekkenbodem krachtiger, stabieler en slimmer laten meewerken in je dagelijks leven? Ontdek hoe je met bekkenbodemgewichten (kegels, conussen of kegelballen) veilig traint met heldere techniek, ademhaling en een haalbare opbouw-zodat je lekkages vermindert, sneller herstelt na je bevalling en je core beter ondersteunt. Je leest wanneer gewichten wél passend zijn, wanneer eerst laten checken verstandig is, en hoe je korte, praktische oefenmomenten moeiteloos integreert in wandelen, tillen en sport.
Wat zijn bekkenbodemgewichten en hoe werken ze
Bekkenbodemgewichten zijn kleine, vaginale hulpmiddelen die je gebruikt om je bekkenbodemspieren gerichter en geleidelijk sterker te maken. Ze bestaan vaak uit siliconen of medisch kunststof en komen in verschillende vormen, zoals kegelvormige conussen of balletjes (kegel ballen), met oplopende gewichten of afnemende afmetingen. Het principe is simpel: door een gewichtje in te brengen en vervolgens rechtop te staan en te bewegen, vraagt de zwaartekracht je bekkenbodem om actief te ondersteunen en te liften. Zo krijg je natuurlijke weerstand, waardoor je spieren leren krachtiger, preciezer en langer aan te spannen. Veel sets bieden progressieve belasting: je begint met een lichter, wat groter gewicht dat makkelijker blijft zitten en stapt daarna over op zwaarder of kleiner, waardoor de uitdaging toeneemt.
Sommige gewichtjes hebben een intern rollend balletje dat microtrillingen geeft; dat vergroot de prikkel en helpt je reflexmatige aanspanning te verbeteren. Je ervaart bovendien directe feedback: als het gewichtje zakt of je het niet comfortabel kunt houden, weet je dat je aanspanning of techniek bijsturing nodig heeft. Door bewust te ademen, niet te persen maar te liften, en na elke aanspanning ook volledig te ontspannen, train je kracht én coördinatie. Met consequente, korte sessies bouw je controle op die je meeneemt naar dagelijkse activiteiten zoals hoesten, tillen of sporten, waardoor je bekkenbodem beter ondersteunt en klachten zoals lichte incontinentie kunnen afnemen.
Bekkenbodem in het kort: functie en waarom kracht telt
Je bekkenbodem is een groep spieren en bindweefsel die als een hangmat van je schaambeen naar je stuitje loopt. Deze spieren sluiten je urinebuis, vagina en anus, ondersteunen je blaas, baarmoeder en darmen, en helpen je romp stabiel te houden. Bij hoesten, lachen, tillen of springen vangt je bekkenbodem plotselinge druk op, zodat je droog en comfortabel blijft bewegen. Kracht telt omdat goed kunnen aanspannen én ontspannen het verschil maakt tussen controle en klachten zoals urineverlies of een zwaar gevoel in je bekken.
Naast kracht heb je coördinatie en uithoudingsvermogen nodig om die steun de hele dag vol te houden. Gericht trainen, eventueel met gewichten voor extra weerstand en duidelijke feedback, verbetert je spiercontrole op een veilige en meetbare manier.
Soorten en materialen: kegels, conussen en variabele sets
Deze vergelijking laat in één oogopslag zien welke soorten bekkenbodemgewichten er zijn (kegelballen, conussen en variabele sets), welke materialen gebruikt worden, en wanneer je welk type kiest.
| Item | Materiaal & vorm | Gewichtsbereik & maat (indicatief) | Waarvoor geschikt (plus/min) |
|---|---|---|---|
| Kegelballen (single/duo) | Medisch siliconen omhulsel met ABS- of stalen kern; bolvorm, vaak met koord; sommige met bewegende binnenbal voor reflex-prikkel. | Totaal ca. 30-90 g; Ø ± 28-36 mm (single vaak 30-50 g; duo 60-90 g). | + Comfortabel en toegankelijk voor beginners; geschikt voor staan/lopen. – Vaste gewichten, minder fijne progressiestappen. |
| Vaginale conussen (kegels) | Glad ABS of siliconen; kegelvorm met trekkoord; sets met meerdere gewichten en vaak vergelijkbare vorm. | Set ca. 20-100 g; Ø ± 20-30 mm (zwaardere kegels zijn vaak compacter). | + Duidelijke, stapsgewijze progressie; goed voor techniek. – Gevoelig voor maat/positie; bij pijn of verzakking eerst laten beoordelen. |
| Variabele gewichtsets (huls + inserts) | Siliconen huls met verwisselbare stalen/ABS gewichtjes; modulair systeem met koord. | Ongeveer 35-150 g in kleine stappen (± 5-20 g per insert); Ø ± 25-32 mm. | + Meest nauwkeurige opbouw en periodisering. – Iets meer handeling (wisselen/monteren) en onderhoud. |
| Enkelgewicht (RVS/glas) | Massief roestvrij staal of borosilicaatglas; zeer glad, niet-poreus; vaak zonder koord. | Ca. 70-250 g afhankelijk van diameter; Ø ± 25-40 mm. | + Hoog gewicht in compact formaat; goed voor korte, statische holds (gevorderd). – Minder vergevingsgezind; zonder koord vergt ervaring. |
Kort samengevat: kegelballen zijn het makkelijkst om te starten, conussen geven een helder progressiemodel en variabele sets bieden de fijnste opbouw; zware RVS/glas-gewichten horen vooral thuis bij gevorderde, korte statische training.
Bekkenbodemgewichten komen grofweg in drie categorieën. Kegels zijn vaak balletjes of druppelvormen met een koordje om makkelijk te verwijderen; je vindt ze enkel of dubbel, soms met een intern rollend balletje dat extra prikkels geeft tijdens bewegen. Conussen zijn kegelvormige gewichtjes in oplopende gewichten en afnemende afmetingen, ideaal om progressief te trainen: groter en lichter om te starten, kleiner en zwaarder als je sterker wordt.
Variabele sets hebben hulzen waarin je losse gewichtjes klikt, zodat je fijn kunt opbouwen zonder van vorm te wisselen. Kies bij voorkeur lichaamsveilige, niet-poreuze materialen zoals medisch siliconen, ABS-kunststof of roestvrij staal; die zijn hygiënisch, duurzaam en makkelijk te reinigen. Let ook op pasvorm, een soepele verwijderstrip en gebruik waterbasisglijmiddel voor comfort.
Voordelen ten opzichte van alleen kegel-oefeningen
Trainen met bekkenbodemgewichten geeft je iets wat losse kegels vaak missen: duidelijke weerstand en directe feedback. Door de zwaartekracht moet je spier echt liften en vasthouden, waardoor je sneller voelt of je techniek klopt en of je perst in plaats van optilt. Dankzij progressieve belasting kun je objectief opbouwen van lichter naar zwaarder of langer vasthouden, wat motivatie en meetbare vooruitgang oplevert.
Gewichten helpen ook bij coördinatie en uithoudingsvermogen, omdat je leert aanspannen én ontspannen onder belasting. Je kunt bovendien dynamisch oefenen tijdens staan of lopen, wat beter aansluit op dagelijkse situaties zoals hoesten of tillen. Vaak zijn sessies korter maar effectiever, met meer kwaliteit per herhaling en een grotere kans dat je je schema blijft volhouden.
[TIP] Tip: Start met licht gewicht, draag dagelijks 10 minuten, verhoog geleidelijk.

Is trainen met gewichten geschikt voor je
Trainen met bekkenbodemgewichten kan een slimme keuze zijn als je gerichter wilt werken aan kracht, coördinatie en uithoudingsvermogen. Je profiteert vooral wanneer je af en toe urineverlies hebt bij hoesten, lachen of sporten, na een bevalling weer controle wilt opbouwen, of je core-stabiliteit wilt verbeteren voor betere prestaties en houding. Toch is het niet voor iedereen meteen passend. Als je bekkenbodem overactief of pijnlijk is, penetratie pijnlijk aanvoelt, of je een verzakkingsgevoel, ongebruikelijke druk of scherpe pijn ervaart, dan is eerst rustiger herstelwerk en begeleiding verstandig.
Ook bij zwangerschap, recente operaties of infecties wacht je beter met gewichtjes. Na een bevalling is een check na ongeveer zes weken een goed startmoment, mits je je comfortabel voelt. Twijfel je over je klachten of techniek, schakel dan een bekkenfysiotherapeut in voor een persoonlijke beoordeling en een plan op maat. Het doel is dat je veilig en met vertrouwen traint, zodat je soepel kunt opbouwen en resultaten behaalt die in je dagelijks leven merkbaar zijn.
Wanneer je profiteert: lichte incontinentie, na bevalling, sport en houding
Je profiteert van bekkenbodemgewichten als je lichte inspanningsincontinentie hebt, zoals een paar druppels bij hoesten, lachen of springen. De extra weerstand helpt je spieren gerichter te liften en beter te sluiten, waardoor je controle toeneemt. Na een bevalling kun je met gewichtjes de connectie met je bekkenbodem opnieuw opbouwen en het uithoudingsvermogen stap voor stap vergroten, zodat dagelijkse activiteiten comfortabeler aanvoelen.
Sport je veel of doe je impactvolle workouts, dan versterken gewichten de koppeling tussen bekkenbodem en core, wat kracht overdracht verbetert en ongewenst lekken tijdens sprints of box jumps kan verminderen. Ook voor je houding bieden ze winst: een stabielere bekkenbodem ondersteunt je bekken en onderrug, waardoor je makkelijker recht en ontspannen beweegt.
Wanneer eerst laten checken of niet doen: pijn, verzakking, zwangerschap, recente ingreep
Laat bekkenbodemgewichten eerst links liggen als je pijn ervaart in je bekken, onderrug of bij penetratie, of als je een branderig, strak gevoel hebt dat wijst op een overactieve bekkenbodem. Bij verzakkingsklachten – denk aan een zwaar of drukkend gevoel, een “balletje” in je vagina, of moeite met volledig uitplassen of ontlasten – is een check bij een bekkenfysiotherapeut slim voordat je met extra weerstand start.
Tijdens zwangerschap gebruik je geen interne gewichten. Na een bevalling of een recente gynaecologische ingreep wacht je tot wondjes genezen zijn en je groen licht hebt. Heb je een infectie of onverklaard bloedverlies, pauzeer dan. Doet het gewichtje pijn, glijdt het steeds uit of moet je persen, stop en laat je eerst beoordelen voor een veilig plan.
[TIP] Tip: Begin met licht kegelgewicht, adem door, stop bij pijn, raadpleeg bekkenfysio.
Zo begin je veilig: keuze, techniek en opbouw
Kies een lichaamsveilig gewicht van medisch siliconen of roestvrij staal met een handig koordje, en start liefst met een groter, lichter model dat makkelijker blijft zitten. Gebruik een beetje glijmiddel op waterbasis, breng het in terwijl je uitademt en ontspan je buik, kaken en billen. Richt je op een “lift” naar binnen en omhoog, niet duwen of persen. Sta daarna recht met een neutrale houding (ribben boven bekken) en adem rustig door. Begin kort: 5-10 minuten wandelen of lichte beweging, 3-4 keer per week, met rustdagen ertussen.
Zakt het gewichtje steeds, kies dan lichter of iets groter; voelt het te makkelijk, verhoog geleidelijk het gewicht of de tijd tot 15-20 minuten. Combineer enkele bewuste aanspanningen met volledige ontspanning, want coördinatie is net zo belangrijk als kracht. Geen pijn, branderig gevoel of druk? Ga door. Wel ongemak of moet je persen, stop dan en schakel terug. Reinig je gewicht na elke sessie met lauw water en milde zeep, droog goed af en bewaar het schoon voor je volgende training.
De juiste maat en het startgewicht kiezen
De juiste start hangt af van pasvorm én belasting. Als beginner kies je meestal een groter, lichter gewicht: een wat grotere diameter geeft meer contact en blijft makkelijker zitten, terwijl een licht gewicht (ongeveer 20-40 gram) de drempel laag houdt. Voelt het gewicht te zwaar of glijdt het weg, ga dan voor lichter of iets groter; blijft het moeiteloos zitten zonder dat je hoeft te liften, kies dan geleidelijk zwaarder of iets kleiner.
Een kleiner formaat vraagt meer precisie en kracht omdat het minder steunvlak biedt. Let op een soepele afwerking, een veilig verwijderkoordje en lichaamsveilige materialen zoals medisch siliconen of roestvrij staal. Start altijd met korte sessies om te testen hoe je lichaam reageert, en verhoog daarna in kleine stapjes van 5-10 gram of enkele minuten per week. Zo bouw je gecontroleerd op zonder te forceren.
Techniek en ademhaling stap voor stap
Begin ontspannen: was je handen, breng een beetje glijmiddel op waterbasis aan en breng het gewichtje in terwijl je uitademt. Zet je voeten heupbreed, knieën zacht, ribben boven je bekken en je nek lang. Adem rustig naar je flanken en buik; op een inademing laat je de bekkenbodem zacht los zodat het gewicht iets zakt, op een uitademing “lift” je de spieren naar binnen en omhoog, alsof je een rits dichttrekt of een rietje optilt.
Houd 3-5 seconden vast zonder je adem te blokkeren en laat daarna volledig los voor even lang. Voel dat je billen, buik en bovenbenen niet mee knijpen. Beweeg vervolgens rustig (staan, korte wandeling) en blijf vloeiend ademen. Glijdt het gewicht weg of moet je persen, pauzeer, kies lichter en herhaal met minder spanning maar meer precisie.
Opbouwschema voor beginners: frequentie, herhalingen en rust
Start met 3-4 sessies per week van 5-10 minuten, met minstens één rustdag tussen twee trainingsdagen. Richt je eerst op kwaliteit: 6-8 gecontroleerde liften van 3-5 seconden, gevolgd door even lang of langer volledig ontspannen. Tussen sets neem je 30-60 seconden pauze en houd je je adem vloeiend. Gaat dit soepel zonder persen, glijden of compenseren met billen of buik, bouw dan op naar 8-10 herhalingen van 5-8 seconden en verleng de totale sessie naar 10-15 minuten, eventueel al wandelend.
Na 2-3 weken kun je het gewicht iets verhogen of de houdduur verlengen. Voelt je bekkenbodem vermoeid, verlaag het volume en neem extra rust. Eén lichtere week per maand helpt je duurzaam progressie te maken.
[TIP] Tip: Start met licht gewicht, span uitademend aan, verhoog langzaam zonder pijn.
Oefeningen en progressie
Begin met statische holds: breng het gewichtje in, ga staan met ribben boven je bekken, adem rustig uit en “lift” je bekkenbodem zonder te persen. Houd een paar seconden vast en laat volledig los, zodat je ook ontspanning traint. Voelt dit stabiel, voeg lichte beweging toe zoals rustig wandelen, op je tenen rollen of een gecontroleerde mini-squat. Daarna kun je functioneler werken: van zit naar stand, een kleine lunge, een stap op een lage trede of éénbeensstand voor extra coördinatie. Varieer met tempo (kort-krachtig versus langer vasthouden) en koppel elke inspanning aan een uitademing. Bouw progressie zorgvuldig op: verleng eerst je houdduur en totale tijd, verhoog daarna het gewicht in kleine stapjes of kies een iets kleiner formaat voor meer uitdaging.
Gebruik dagelijkse momenten als oefenkans, bijvoorbeeld vlak voor hoesten of tillen bewust liften, zodat je reflex en timing verbeteren. Let steeds op signalen van overbelasting zoals persen, kramp of rugspanning; ervaar je die, schakel terug of neem een rustdag. Door consistent te trainen met aandacht voor techniek, ademhaling en geleidelijke prikkels merk je dat kracht, uithoudingsvermogen en controle toenemen en je bekkenbodem je in sport en dagelijkse beweging vanzelf beter ondersteunt.
Statisch en dynamisch: staan, lopen, mini-squats
Begin met statisch staan: voeten heupbreed, ribben boven je bekken, nek lang. Adem uit en “lift” je bekkenbodem naar binnen en omhoog, houd 3-5 seconden vast en laat daarna volledig los. Als dit stabiel voelt zonder persen of adem vastzetten, stap je over op dynamisch. Tijdens rustig lopen houd je een lichte, ritmische lift aan op elke uitademing en check je dat je billen en buik niet overnemen.
Voeg daarna mini-squats toe: start ondiep, zet je heupen een klein stukje naar achteren, knieën volgen je tenen, adem uit en activeer bij het opkomen. Blijft het gewichtje goed zitten en kun je ontspannen terugkeren naar neutraal, vergroot dan geleidelijk de duur, het tempo of de bewegingsuitslag, zonder drukgevoel of verlies van controle.
Progressie: zwaarder, langer vasthouden en complexere bewegingen
Bouw progressie in kleine stapjes op zodat je techniek zuiver blijft. Verleng eerst de houdduur en de totale tijd met een licht gewicht; als je 10-15 minuten comfortabel kunt bewegen zonder persen of drukgevoel, kies dan een iets zwaarder gewicht of een kleinere kegel voor meer uitdaging. Laat je adem doorstromen en houd ribben boven je bekken; zodra je gaat knijpen met billen of buik, schakel je terug.
Maak het daarna complexer: voeg rotatie toe aan je romp, stap op een lage trede, maak gecontroleerde lunges of oefen éénbeensstand voor extra coördinatie. Verander bij voorkeur één variabele tegelijk (tijd, gewicht of beweging) en plan af en toe een lichtere week om herstel te borgen. Zo groei je gestaag in kracht, uithoudingsvermogen en timing.
Integreren in je dagelijkse activiteiten en sport
Je haalt het meeste uit bekkenbodemgewichten door korte, gerichte momenten te koppelen aan wat je toch al doet. Draag het gewichtje bijvoorbeeld tijdens een wandeling van 10-15 minuten en koppel elke uitademing aan een zachte lift, zodat je ritme en uithoudingsvermogen groeien. In huis kun je vóór tillen, hoesten of traplopen een bewuste lift inzetten en daarna volledig loslaten, zodat timing en ontspanning meegaan in je routine.
In je sport pas je dezelfde principes toe: activeer licht op de uitademing bij het opkomen uit een squat, een lunge of een step-up en houd je ribben boven je bekken. Kies voor dynamiek een lichter gewicht en vermijd lange draagtijden; ongemak, druk of persen betekent terugschakelen.
Veelgestelde vragen over bekkenbodemspieren trainen met gewichten
Wat is het belangrijkste om te weten over bekkenbodemspieren trainen met gewichten?
Bekkenbodemgewichten zijn inwendige kegels of conussen. Je spieren houden het gewicht tegen de zwaartekracht, wat gerichte weerstand geeft. Zo verbeter je kracht, uithoudingsvermogen en coördinatie, vaak effectiever dan losse Kegels. Nuttig bij incontinentie en postpartum.
Hoe begin je het beste met bekkenbodemspieren trainen met gewichten?
Kies een formaat en het lichtste gewicht dat blijft zitten. Breng liggend in, span zacht rondom en adem uit bij aanspannen. Start 3x per week, 5-8 minuten. Pijn, verzakking, zwangerschap of recente ingreep? Laten checken.
Wat zijn veelgemaakte fouten bij bekkenbodemspieren trainen met gewichten?
Te zwaar starten, persend in plaats van optillend aanspannen, adem inhouden, te lang dragen, geen rustdagen, verkeerde maat of slechte hygiëne. Ook: pijn negeren, alleen statisch trainen, of ontspanning overslaan.